“We willen elkaar meer feedback geven”
Dat is de opmerking met het verzoek erin die ik vrijwel in ieder team krijg. En als díe vraag niet gesteld wordt, dan is het wel omdat er in de organisatie al een ‘feedback-carroussel’ of iets dergelijks wordt georganiseerd. Of dat er een feedback -app ingevoerd wordt. Allemaal om mensen te helpen elkaar feedback te geven. Dat zegt natuurlijk als feit op zich al genoeg over de cultuur die er dan is.
Nu zal ik de laatste zijn die zal zeggen dat feedback niet iets heel erg belangrijks is, maar ik verbaas me wel altijd over het feit dat die vraag zo gemakkelijk wordt gesteld en dat dan ook vaak nog terwijl er al lang trainingen zijn gevolgd waarin de feedbackvaardigheden uitgebreid zijn behandeld. Want, ja, die feedback carroussel of training, die draagt maar zelden echt bij aan een open en veilige cultuur waarin men elkaar echt aanspreekt en fouten maken iets is waar je van kan en mag leren.
Vaak gaat het helemaal niet om ‘hoe’ je feedback moet geven
Vaak is het leren van feedback geven dan ook helemaal niet waar het echt om gaat en is er iets heel anders aan de hand:
- Er is een gebrek aan goede communicatie en/of
- Er is een gebrekkige besluitvorming en/of
- Er is onduidelijkheid over wat de resultaten van de (team) samenwerking moeten zijn en/of
- Er wordt niet helder gesproken over hoe de samenwerking zou moeten plaatsvinden en/of
- Er wordt ‘gedoken’ als zaken niet echt lekker lopen en/of
- Er is gebrek aan initiatief
- Of ‘all of the above’…..
Heb jij thuis soms een feedback app nodig? Of een feedback carrousel?
Thuis ben je namelijk stiekem ook net een echt team af en toe (hoop ik tenminste) Want ik weet niet hoe het bij jullie gaat, maar al die dingen hierboven kunnen bij mij thuis ook af en toe voor gedoe zorgen als we niet oppassen.
Onschuldig voorbeeld, maar aan de lopende band aan de orde: Als bijvoorbeeld bij ons het weekend voor de deur staat, is het vaak volgepropt met allerlei sociale en sportverplichtingen en moeten er ook nog dingen gedaan worden waar we door de week niet aan toekomen. En dan willen we, natuurlijk in het weekend, ook nog eigenlijk niets móeten. Of juist nog een beetje werken. Kortom, als we van te voren niet op zijn minst een béétje afgestemd hebben welke afspraken er staan, besluiten wie welk kind naar de hockey brengt, hoe we de verjaardagsfeestjes met de familiebezoeken kunnen combineren, wie de boodschappen doet, en wat we voor leuks gaan doen op basis van info over waar iedereen best wel, heel veel, liever niet of dus echt absoluut geen zin in heeft, dan is er gedoe in de tent.
En even voor de duidelijkheid: we zitten echt niet elke vrijdag een heel weekendschema te maken hoor (sterker nog, nooit), maar we zorgen wel in de loop van de week dat we zicht hebben op wat er moet gebeuren. Het is een onderwerp van gesprek. We communiceren erover. En dat doen we gelukkig ook als dingen echt structureel anders moeten. Als zaken echt beginnen te schuren en te wringen en gewoon anders moeten omdat er anders één van ons echt een stuk minder blij wordt.
Niks bijzonders toch? Ik hoop dat dat bij jou thuis ook zo gaat. En dat werkt gelukkig meestal omdat je je in je eigen gezin in principe veilig voelt bij elkaar. Omdat je je zeker genoeg van je relaties voelt om je uit te spreken en aan te spreken. Tot mijn schande moet ik bekennen dat ik meest bot tegen mijn eigen kinderen kan zijn…… Heel soms dan maar, en gelukkig vinden ze me nog steeds de liefste mama van de wereld. Maar dat is dus wel anders dan op het werk.
Met feedbackregels koop je dus echt geen veiligheid
Want die veiligheid, dat is nou precies waar het vaak aan ontbreekt in teams en in hele organisaties. Daarom willen mensen vaak zo ontzettend graag ‘leren elkaar aan te spreken’ (lees: gewoon zeggen waar ze zich aan ergeren). Maar met een setje feedbackregels ga je dan dus echt die veiligheid niet creëren. Sterker nog: met elkaar aan te leren spreken met name omdat zaken niet goed gaan zonder verder te kijken naar of je wel duidelijke afspraken hebt met elkaar en hoe je eigenlik wilt samenwerken, breek je die veiligheid met de snelheid van een straaljager af. En dan ben je dus nog verder van huis. Kan je voortaan echt op eieren gaan lopen.
Wees eerlijk waarom jullie feedback willen geven en wat je er mee wilt bereiken
Dus, als ook bij jullie in het team de drang er is om ‘feedback te leren geven’, is daar niets mis mee, maar stel je zelf dan eerst eens eerlijk de vraag waarom jullie dat willen. En wees daarbij eerlijk! Wil je afbreken, of wil je opbouwen? En stel je eens voor hoe het is als jullie echt op een opbouwende manier open tegen elkaar kunnen zijn. Als je elkaar inderdaad durft aan te spreken als de zaken niet gaan zoals jullie hebben afgesproken of zoals jullie doelsen vereisen. Of als er persoonlijke behoeften in de knel komen. En elkaar ook kúnt aanspreken omdat er helderheid is over hoe groei er uit zou kunnen zien.
En kijk dan eens wat je te doen hebt met elkaar om opbouwende feedback mogelijk te maken. Feedback die zorgt voor groei!
Bekijk de 5 tips in de video dan maar eens, tenminste…., als je tenminste echt wilt opbouwen. En groei wilt stimuleren.
Want als je gewoon kritiek wilt leveren, of je hart wilt luchten, zeg dan niet, nee nooit meer dat je feedback wilt leren geven……Maar vraag gewoon hoe je het beste je hart mag luchten en kritiek mag leveren.